Al zeven jaar op rij worden de bijen in het boshommellandschap geteld en inmiddels hebben we een behoorlijk volledig beeld van de soorten die er voorkomen. Toch worden er ook ieder jaar weer nieuwe soorten ontdekt. In de komende tijd zullen we de nieuwkomers van 2024 aan u voorstellen, te beginnen bij de bonte viltbij.
De bonte viltbij (Epeoloides coecutiens) doet zijn naam eer aan met zijn oranjerode achterlijf en grote, turquoiseblauwe ogen. Alsof dat nog niet bont genoeg is, bezitten de vrouwtjes ook nog opvallende zilverwitte, viltachtige vlekken op het achterlijf en de poten. Toen de soort eind juni in één van de telroutes in het boshommellandschap werd gevangen, was dus al snel duidelijk dat het om deze onmiskenbare soort ging.
De bonte viltbij lijkt een voorkeur te hebben voor paarse en blauwe bloemen, maar het is niet een bijzonder kieskeurige soort. Toch is de aanwezigheid van de wederik een vereiste. Het vrouwtje van de bonte viltbij graaft namelijk niet zelf een nest, maar legt haar eitjes in het nest van de gewone en bruine slobkousbij. Deze soorten zijn sterk afhankelijk van bloemen van de wederik voor het verzamelen van stuifmeel. Als je een bonte viltbij vindt, dan zijn de slobkousbij en wederik dus nooit ver weg!

De wederik groeit op vochtige plaatsen zoals slootkanten en moerasachtige gebieden. Dergelijke gebieden vormen een uitdaging voor bijen die een ondergronds nest graven, want overstromingen vormen een reëel gevaar voor het broedsel. Maar daar heeft de slobkousbij iets op gevonden. De vrouwtjes verzamelen naast stuifmeel ook een plantaardige olie van de wederik. Deze olie dient als voedsel voor de larven, maar wordt ook gebruikt om de nestgang waterdicht te maken. De bonte viltbij profiteert niet alleen van de waterafstotende eigenschap van de olie, maar weet het nest vermoedelijk ook te vinden door de geur die de vluchtige olie verspreidt.

De bonte viltbij kan verspreid door heel Nederland op vochtige plaatsen gevonden worden. In het heuvelland is het een minder algemene verschijning, doordat grootschalige vochtige gebieden hier schaars zijn. Niet verwonderlijk dus dat de eerste vondst voor het boshommellandschap gedaan werd in een waterbuffer. Op dezelfde locatie is ook al eens een bruine slobkousbij waargenomen. Dit onderstreept nogmaals de bijzondere waarde van waterbuffers voor wilde bijen, en het belang om dit habitat in stand te houden voor de bonte viltbij, bruine slobkousbij, wederik en vele andere soorten.
Coverfoto: Het mannetje van de bonte viltbij dat in 2024 werd gevangen in het Geuldal. (Bron: Okke Oudhuis)
Tekst: Remco Ploeg